Nadere regels terrassen gemeente Dordrecht

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT;

 

gezien het voorstel inzake Vaststellen Nadere regels terrassen gemeente Dordrecht;

 

gelet op artikel 2:34A, lid 6 van de Algemene Plaatselijke verordening Dordrecht

 

 

B E S L U I T :

 

 

vast te stellen de navolgende Nadere regels terrassen gemeente Dordrecht

 

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit artikel wordt verstaan onder:

terrasvergunning:

een vergunning voor de exploitatie van een terras;

gevelterras:

een terras dat direct aan de voor- en/of zijgevel van de bijbehorende inrichting is gelegen;

straatterras:

een terras dat los van de gevel is gelegen, voor of in de directe nabijheid van de bijbehorende inrichting;

pleinterras:

een terras dat los van de gevel is gelegen op een plein(locatie), voor of in de directe nabijheid van de bijbehorende inrichting;

waterterras:

een drijvend terras op het water, voor of in de directe nabijheid van de bijbehorende inrichting;

binnenterras:

een terras in de (binnen)tuin of op het (achter- of zij-)erf van de bijbehorende inrichting dat door muren of een haag geheel van de openbare weg is afgesloten en alleen via de bijbehorende inrichting toegankelijk is;

burgemeester:

de burgemeester van de gemeente Dordrecht;

college:

het college van burgemeester & wethouders van de gemeente Dordrecht;

besloten feest:

een feest in een inrichting dat alleen toegankelijk is voor genodigden;

uitstalling:

alle losse voorwerpen die direct tegen de gevellijn van een pand worden geplaatst met als doel de aandacht te vestigen op de onderneming die in dat pand is gevestigd.

 

Artikel 2 Toepassingsgebied

Deze nadere regels zijn niet van toepassing op terrassen die uitsluitend worden opgesteld in het kader van een geaccepteerde evenementenmelding of verleende evenementenvergunning.

 

Artikel 3 Soorten terrassen

  • 1.

    De volgende terrassen worden onderscheiden:

    • a.

      gevelterras;

    • b.

      straatterras;

    • c.

      pleinterras;

    • d.

      waterterras;

    • e.

      binnenterras.

  • 2.

    Het is mogelijk een terrasvergunning te verlenen voor een combinatie van de in het eerste lid, onder a tot en met d, genoemde soorten terrassen.

 

Artikel 4 Duur terrasvergunning

  • 1.

    Een terrasvergunning voor een gevel- en straatterras wordt verleend voor onbepaalde tijd.

  • 2.

    Een terrasvergunning voor een waterterras wordt verleend voor een periode van tien jaar.

  • 3.

    Een terrasvergunning voor een pleinterras wordt verleend voor een periode van (maximaal) vijf jaar.

  • 4.

    In afwijking van de voorgaande leden wordt een terrasvergunning voor een terras dat niet gelegen is voor de eigen inrichting en/of direct is gelegen tegen de gevel van een ander pand, verleend voor een periode van (maximaal) één jaar.

 

Artikel 5 Openingstijden terrassen

  • 1.

    Terrassen mogen gedurende het gehele jaar geëxploiteerd worden.

  • 2.

    De maximale openingstijden van een terras zijn gelijk aan de reguliere openingstijden van de bijbehorende inrichting, tenzij hierover in de terrasvergunning afwijkende voorschriften zijn opgenomen.

 

Artikel 6 Tijdelijk verwijderen terrassen

  • 1.

    In geval van (onderhouds)werkzaamheden op of in de onmiddellijke nabijheid van de terraslocatie, dienen terrassen op eerste aanzegging van de burgemeester verwijderd te worden.

  • 2.

    In geval van calamiteiten en/of andere dringende redenen dienen terrassen op aanzegging/vordering van de burgemeester en/of politie/brandweer onmiddellijk verwijderd te worden.

  • 3.

    Een exploitant kan door de burgemeester verplicht worden zijn terras maximaal vijf keer per kalenderjaar voor de duur van een evenement te verwijderen.

  • 4.

    Eventuele kosten voor het verwijderen van het terras komen voor rekening van de exploitant.

  • 5.

    Wanneer een exploitant zijn terras niet tijdig zelf verwijdert, dan zal het terras op kosten van de exploitant worden verwijderd.

 

Artikel 7 Situering terrassen

  • 1.

    Een terras wordt direct aansluitend aan en recht voor en/of tegenover de voor- en/of zijgevel geplaatst van de bijbehorende inrichting.

  • 2.

    Een terras is niet breder dan de gevel van de bijbehorende inrichting.

  • 3.

    In afwijking van het eerste en tweede lid, kan een terras, indien plaatsing direct aansluitend aan en recht voor en/of tegenover de eigen voor- en/of zijgevel van de bijbehorende inrichting niet mogelijk is, gesitueerd worden op een andere locatie in de directe nabijheid van de eigen inrichting. Hierbij wordt uitgegaan van een maximale afstand van 20 meter tussen de ingang van de inrichting en het begin van het terras.

  • 4.

    Een terras kan alleen direct tegen de gevel van een ander pand worden geplaatst, indien hiervoor schriftelijke toestemming is verleend door de eigenaar van dat andere pand.

  • 5.

    Op het speciaal voor voetgangers bestemde gedeelte van de weg (trottoir), bedraagt de vrije doorgang minimaal 1,50 meter.

  • 6.

    De vrije doorgang voor het verkeer (hulpdiensten) bedraagt minimaal 3,50 meter.

  • 7.

    De minimale afstand van een terras tot de rand van een blindengeleidestrook bedraagt 0,60 meter.

  • 8.

    Een terras mag niet worden geplaatst voor de in- of (nood)uitgang van een gebouw, brandkranen, nutsvoorzieningen, straatmeubilair, op brandputten of andere soortgelijke voorzieningen.

  • 9.

    Een terras gesitueerd in de buurt van groenvoorzieningen, mag alleen worden geplaatst op de rondom de groenvoorzieningen aangebrachte verharding.

 

Artikel 8 Inrichting terrassen

Algemeen

  • 1.

    Alle terrasvoorzieningen dienen semipermanent te zijn en mogen niet aard- en/of nagelvast aan de grond zijn verbonden of verankerd worden.

  • 2.

    De exploitant is ervoor verantwoordelijk dat terrasvoorzieningen geen schade kunnen toebrengen aan het publiek en de omgeving van het terras. Zo nodig dienen terrasvoorzieningen uit voorzorg verwijderd (opgeslagen) te worden.

  • 3.

    Slangen, snoeren, kabels en leidingen ten behoeve van terrasvoorzieningen moeten zodanig afgedekt worden dat hierover niet gestruikeld of gevallen kan worden en mogen het trottoir en/of de rijbaan niet doorkruisen.

  • 4.

    Aan/in openbare voorzieningen mag niets bevestigd worden.

  • 5.

    Terrassen of terrasonderdelen mogen geen vergunningsplichtige bouwwerken in de openbare ruimte zijn, tenzij daar een omgevingsvergunning voor is verleend.

 

Terrasmeubilair

  • 6.

    Exploitanten zijn vrij in de keuze van het materiaal en kleurstelling van hun terrasmeubilair.

  • 7.

    Een uitgeklapte parasol mag niet buiten de terrasgrenzen komen.

  • 8.

    Statafels zijn niet toegestaan op het terras.

 

Terrasafscheiding

  • 9.

    Terrasafscheiding mag maximaal 1,50 meter hoog zijn, mits de afscheiding vanaf maximaal 1,00 meter hoogte volledig transparant is. Terrasafscheiding hoger dan 1,50 meter is alleen toegestaan indien hiervoor een omgevingsvergunning is verkregen.

  • 10.

    Terrasafscheiding op waterterrassen is niet toegestaan.

  • 11.

    Terrasafscheiding dient geplaatst te worden binnen de terrasgrenzen.

 

Uitstallingen

  • 12.

    Binnen de grenzen van het terras mogen uitstallingen tegen en evenwijdig aan de gevellijn worden geplaatst tot een maximale hoogte van 1,75 meter.

  • 13.

    Uitstallingen mogen niet worden bevestigd aan de gevel, zonwering, bomen en/of lantaarnpalen.

 

Zon neschermen /luifels

  • 14.

    Aan de gevel bevestigde (permanente) zonneschermen/luifels zijn binnen het beschermde stadsgezicht van Dordrecht (historische binnenstad) en in het geval van monumentale panden niet toegestaan, tenzij hiervoor een omgevingsvergunning is verkregen.

 

Vlonders en andere bedekking van de straat

  • 15.

    Vlonders zijn op een terras niet toegestaan, tenzij hiervoor een omgevingsvergunning is verkregen.

  • 16.

    Andere bedekking van de straat is niet toegestaan.

 

(Party)tenten

  • 17.

    (Party)tenten zijn niet toegestaan op een terras.

 

Beeld schermen

  • 18.

    Beeldschermen zijn niet toegestaan op een terras.

 

Verlichting

  • 19.

    Terrasverlichting is toegestaan, mits daarbij geen gebruik wordt gemaakt van loshangende kabels, snoeren of leidingen.

  • 20.

    Terrasverlichting mag geen hinder voor het verkeer, omwonenden en/of voorbijgangers veroorzaken en geen lichtvervuiling veroorzaken. De terrasverlichting straalt daarom een constante hoeveelheid licht uit.

 

Terrasverwarming

  • 21.

    Terrasverwarming is toegestaan indien de exploitant hiervan een geldig CE-certificaat kan overleggen.

  • 22.

    Twee soorten gasslangen zijn toegestaan bij terrasverwarming:

    • a.

      oranje/bruin gekleurde slangen (maximaal twee jaar oud);

    • b.

      zwarte slangen met vaste metalen koppelingen (maximaal tien jaar oud).

  • 23.

    De gasslangen dienen zowel aan de gasflessen als aan de verwarmingsarmaturen te zijn bevestigd met slangenklemmen en/of schroefkoppelingen.

  • 24.

    In de directe omgeving van de terrasverwarming(en) mogen alleen brandbare materialen aanwezig zijn, die voldoen aan brandklasse 2. Een certificaat, waaruit dit blijkt, dient te kunnen worden overlegd.

  • 25.

    Een terrasverwarming mag niet worden verplaatst, wanneer deze in bedrijf is.

 

Open vuur

  • 26.

    Open vuur is niet toegestaan op een terras.

 

Artikel 9 Permanente overkapping

  • 1.

    Permanente overkapping van een terras door middel van een aan-/uitbouw of serre is slechts toegestaan na het verkrijgen van een omgevingsvergunning.

  • 2.

    Permanente overkapping is alleen toegestaan direct grenzend aan de gevel van de bijbehorende inrichting.

  • 3.

    Het is niet toegestaan om terrassen zodanig met semipermanente onderdelen in te richten of te construeren dat feitelijk sprake is van een afgesloten ruimte (bouwwerk).

 

Artikel 10 Gebruik en opslag terrasvoorzieningen

  • 1.

    De exploitant moet ervoor zorgen dat het terras na sluitingstijd niet meer gebruikt kan worden of gevaarlijke situaties kan opleveren.

  • 2.

    Wanneer terrasvoorzieningen langer dan drie weken niet worden gebruikt, dienen deze te worden verwijderd uit de openbare ruimte.

 

Artikel 11 Geluid

Het is niet toegestaan muziek op het terras ten gehore te brengen.

 

Artikel 12 Drank- en voedselverstrekking/bereiding

  • 1.

    Het is niet toegestaan om drank en voedsel te verstrekken aan publiek dat zich buiten het terras bevindt.

  • 2.

    Het is niet toegestaan om voedsel te bereiden op het terras.

  • 3.

    (Mobiele) tappunten zijn niet toegestaan op het terras.

 

Artikel 13 Schoonhouden terras

De exploitant moet ervoor zorgen dat het terras en de directe omgeving van het terras vrij blijven van afval afkomstig van, of veroorzaakt door (het gebruik van) het terras.

 

Artikel 14 Evenementen op terrassen

  • 1.

    Het is niet toegestaan om een evenement te organiseren op het terras.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid, mag de exploitant drie keer per jaar een eendaags evenement van categorie 1 op het terras organiseren, mits is voldaan aan de regels voor het organiseren van een evenement.

 

Artikel 15 Besloten feest

Indien sprake is van een besloten feest op een terras en in de bijbehorende inrichting, dan zijn deze nadere regels onverkort van toepassing (op activiteiten) op het terras.

 

Artikel 16 Specifieke bepalingen pleinterrassen

  • 1.

    Een inrichting komt alleen in aanmerking voor een pleinterras indien enig deel van de voor- en/of zijgevel daadwerkelijk gelegen is aan de pleinlocatie.

  • 2.

    De burgemeester kan in verband met de schaarse ruimte op een pleinlocatie, exploitanten van inrichtingen die in aanmerking willen komen voor een pleinterras, de mogelijkheid bieden om binnen een termijn van zes weken in onderling overleg een voorstel te doen voor een indelingsplan.

  • 3.

    Bij het opstellen van een indelingsplan worden de volgende criteria in acht genomen:

    • -

      de ligging van de inrichtingen aan het plein;

    • -

      de gevelbreedte van de inrichtingen aan het plein.

  • 4.

    Als het voorgestelde indelingsplan voldoet aan de in het derde lid genoemde criteria, stelt de burgemeester het indelingsplan vast voor een periode van 5 jaar en worden reeds verleende terrasvergunningen gewijzigd overeenkomstig het indelingsplan.

  • 5.

    Wanneer de exploitanten op de pleinlocatie niet in staat zijn om binnen de door de burgemeester gestelde termijn tot een gezamenlijk voorstel te komen voor een indelingsplan of indien het voorgestelde indelingsplan niet voldoet aan de in het derde lid genoemde criteria, dan stelt de burgemeester zelf een indelingsplan vast conform de volgende procedure:

    • a.

      De burgemeester inventariseert welke exploitanten op de pleinlocatie in aanmerking willen komen voor een pleinterras en in welke omvang.

    • b.

      De burgemeester stelt voor een periode van vijf jaar, aan de hand van de criteria zoals genoemd in het derde lid en zo nodig naar evenredigheid van het totaal aantal beschikbare vierkante terrasmeters, voor de pleinlocatie een indelingsplan vast.

    • c.

      Bestaande terrasvergunningen worden gewijzigd overeenkomstig het indelingsplan en nieuw te verlenen vergunningen worden verleend op basis van het indelingsplan.

  • 6.

    Terrasruimte die gedurende de periode van vijf jaar vrijkomt, zal (indien hiervoor nieuwe gegadigden zijn), opnieuw worden vergund aan de hand van de in lid 3 genoemde criteria.

  • 7.

    Terrasruimte op de pleinlocatie die wordt vergund na het vaststellen van het indelingsplan, kan slechts worden verleend tot het eind van de periode van vijf jaar.

  • 8.

    Terrasruimte op de pleinlocatie die (nog) niet in gebruik is bij een inrichting, kan tijdelijk (voor maximaal één jaar) vergund worden aan de naastgelegen inrichting(en).

  • 9.

    Na de periode van vijf jaar wordt bekeken of het indelingsplan ongewijzigd kan worden vastgesteld voor een nieuwe periode van vijf jaar of dat een nieuw indelingsplan moet worden vastgesteld doordat er meerdere nieuwe gegadigden zijn voor de beschikbare terrasruimte op de pleinlocatie.

 

Artikel 17 Specifieke bepalingen waterterrassen

  • 1.

    De bepalingen uit de nota "Nadere eisen voor drijvende horecaterrassen in de Voostraatshaven en voor de Binnen Kalkhaven", vastgesteld door het college op 9 maart 2021, zijn onverkort van toepassing bij een aanvraag om een vergunning voor een waterterras.

  • 2.

    Om een waterterras te kunnen exploiteren, dient een exploitant, naast een terrasvergunning, ook in het bezit te zijn van een omgevingsvergunning.

  • 3.

    Wanneer er voor een bepaalde locatie meer gegadigden zijn om een waterterras te kunnen exploiteren dan is toegestaan op grond van de nota "Nadere eisen voor drijvende horecaterrassen in de Voostraatshaven en voor de Binnen Kalkhaven", dan geldt de volgende procedure:

    • a.

      De burgemeester inventariseert welke van de huidige inrichtingen grenzend aan de waterlocatie in aanmerking willen komen voor een waterterras.

    • b.

      De burgemeester beoordeelt welke inrichting in aanmerking komt voor een waterterras aan de hand van de volgende criteria:

      • -

        de mate waarin de inrichting voldoet aan de voorwaarden uit de nota;

      • -

        "Nadere eisen voor drijvende horecaterrassen in de Voostraatshaven en voor de Binnen Kalkhaven";

      • -

        de openingstijden van de inrichting.

 

Artikel 18 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 april 2024.

 

Artikel 19 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als "Nadere regels terrassen gemeente Dordrecht".

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van dinsdag 26 maart 2024.

Het college van Burgemeester en Wethouders

C.H.W.M. Post, A.W. Kolff

secretaris, burgemeester

Naar boven